Ik heb dit moment uitgesteld tot we niet meer konden: we gaan aangifte doen bij de gemeente. Ook omdat ik ineens besefte dat de hele zaak met 32 weken zwangerschap best gaat opschieten. Daarnaast zou deze baby zomaar eens eerder kunnen komen, vermoed ik vaagjes. De afspraak maken via internet viel mee, de wandeling vanaf de auto tot het gemeentehuis niet.
Zodra ik uitstap, wil ik eigenlijk niet meer. De tranen branden. Iets dat gewoon een administratieve handeling zou moeten zijn, roept bij mij een bittere vorm van cynisme op. Ik denk terug aan Nova, hoe zorgeloos we plaatsnamen en hoe trots ik me voelde haar te mogen aangeven. De tevreden glimlach, zoals zwangere vrouwen die kunnen hebben, het zachtjes wrijven over mijn buik. Compleet onwetend hoe anders alles zou zijn, twee maanden later.
De ambtenaar zit dan ook met een brede grijns op ons te wachten. Ro praat gezellig met hem mee, ik kijk afwezig en vuur staccato antwoorden op hem af. De situatie wordt met de seconde ongemakkelijker. Rose en May spelen verderop in de wachtruimte. Hun gelach en geklets doorbreekt de verder pijnlijke stilte bij balie 3. Als ik mijn handtekening zet en de beste man wegloopt, vraagt Ro wat er is.
Bijna direct schieten de tranen in mijn ogen. Ik wil het liefst keihard janken en roepen dat ik daar ook niet voor mijn lol zit. Aan de man aan de andere kant van de balie uitleggen dat er helemaal geen reet aan is om je kind aan te geven als het de vorige keer misging. Ik wil Nova’s naam noemen en hier niet meer terugkomen. Maar dat gaat natuurlijk niet en ik blijf dus maar zo goed en kwaad als het kan zitten.
Mijn pogingen tot antwoord geven zijn inmiddels niet meer dan chagrijnig gehum, terwijl ik sterk geconcentreerd omhoog kijk richting de TL-buizen, alles om mijn traanbuizen af te knijpen en niet alsnog in janken uit te barsten. Met een weifelend ‘succes en veel plezier straks’ krijgen we het groene papier in handen. Ik ren bijna naar buiten – voor zover dat nog gaat in deze fysieke staat, de rest achter me latend.
Ik kan niet meer.
Liefs, Merel
Schrijf je nu in voor de wekelijkse update en mis nooit meer een artikel! Je vindt het formulier rechts (desktop) of onderaan deze pagina (mobiel). En volg je me al op Instagram?
Reageer je onder dit artikel? Weet dan dat we je mailadres nooit zullen gebruiken, ook niet om ongevraagde nieuwsbrieven of andersoortige mails te versturen. Dat doen we alleen als je je aanmeldt voor de wekelijkse update – met jouw toestemming dus.